Honingbijen zijn zogenaamde eusociale dieren en leven dus met andere woorden samen in grote groepen, bijenvolken genoemd. Zo’n kolonie omvat naargelang van het seizoen tien- tot zestigduizend individuen die qua levenswijze en levensonderhoud volledig afhankelijk zijn van de groep. Een volk bestaat uit één koningin (vrouwelijk en vruchtbaar), wat darren (mannelijke honingbijen) en een overgrote meerderheid aan werksters (vrouwelijk maar onvruchtbaar). De koningin legt enkel eitjes en is niet in staat het nest te bouwen, broed te verzorgen of voedsel te verzamelen. Mannelijke honingbijen, de darren zijn niet in staat om essentiële levensfuncties (nestbouw, voedsel verzamelen, broed verzorgen) te vervullen. Ze dragen alleen bij tot de voortzetting van de soort. De werksters staan in voor de nestbouw, het verzamelen van voedsel, het verzorgen van het broed, het verdedigen van de groep maar zijn niet in staat om zich voort te planten. Deze taakverdeling zorgt er voor dat honingbijen enkel als kolonie kunnen overleven. Dit in tegenstelling tot solitaire bijen die al het werk in hun eentje doen. De honingbij is de belangrijkste leverancier van verschillende natuurproducten zoals honing, bijenwas, koninginnengelei en propolis. Door gebrek aan nestplaatsen komen ze niet meer voor in het wild, ook niet de oorspronkelijke zwarte honingbij. Enkel in gedomesticeerde vorm in kunstmatige bijenkorven zijn honingbijen nog aanwezig. Ze is de enige bij die een voldoende hoeveelheid honing produceert om te oogsten, vandaar de toepasselijke naam honingbij. De wetenschappelijke naam Apis mellifera betekent letterlijk bij (Apis) die honing draagt (melli-fera). Hoewel er zo een 350 soorten wilde bijen bestaan zijn er in België maar twee courant voorkomende soorten honingbijen, de Carnica honingbij en de Buckfast honingbij. De zwarte (inheemse) honingbij komt nauwelijks voor en de Italiaanse honingbijen zijn niet geschikt voor het Belgische klimaat. Elke imker heeft zijn eigen voorkeur. De ene soort produceert misschien meer honing terwijl de andere dan weer zachtaardig is.
Voor meer info met betrekking tot de nestplaatsen die honingbijen in hun tuintje nodig hebben kan u hier terecht.
Voor meer info met betrekking tot het voedsel dat de honingbijen in hun tuintje nodig hebben kan u hier terecht.
1. Mannetjes kunnen niet steken. Vrouwtjes sterven na het steken en de koningin kan meermaals haar angel gebruiken.
2. Koningin overwintert met kleine groep winterbijen, net voor de winter wordt het volk sterk uitgedund.